POLAR studie – Studie naar het vaststellen van een onderbreking van de afvoergangen bij acute alvleesklier ontsteking met een MRCP en pancreasenzym bepalingen.

In Nederland krijgen ruim 6000 mensen per jaar acute alvleesklierontsteking. De meest voorkomende oorzaken zijn galstenen en alcoholgebruik. Bij een klein deel van de patiënten verloopt zo’n ontsteking ernstig, waarbij een deel van de alvleesklier zal afsterven. Dit wordt een ‘necrotiserende pancreatitis’ genoemd. Bij een necrotiserende alvleesklierontsteking zijn de afvoergangen voor de alvleeskliersappen ook afgestorven, wat ook wel ‘duct disruptie’ wordt genoemd. In het ergste geval gaat er een bacterie groeien in het afgestorven weefsel (geïnfecteerde necrose). De huidige behandeling van geïnfecteerde necrose is starten met antibiotica en wordt vrijwel altijd gevolgd door een stapsgewijze interventie door de chirurg, radioloog en/of maag-darm-lever arts.
De eerste stap van de behandeling is het plaatsen van een drain, dat kan via de huid of via de maag, in de geïnfecteerde necrose. Het plaatsen van een drain via de huid in combinatie met een duct disruptie leidt in ongeveer 20-30% van de patiënten tot een belangrijke complicatie: een pancreasfistel. Hierbij lekken de verteringssappen niet meer richting de darm, maar richting andere organen (bijvoorbeeld de darm), naar de huid of het vormt grote vochtcollecties rondom de alvleesklier. Om een pancreasfistel aan te tonen, worden momenteel verschillende methodes gebruikt, variërend van laboratoriumonderzoek tot meer invasieve methodes waarbij er met een camera via de maag inwendig gekeken wordt. Omdat er nog weinig wetenschappelijk onderzoek is gedaan over pancreas duct disruptie en fistels is het niet duidelijk hoeveel patiënten met een ernstige alvleesklierontsteking hiermee te maken krijgt.
De POLAR-studie heeft dan ook als doel om te analyseren hoe een MRCP (een speciale MRI gericht op de lever, alvleesklier en galwegen) en het bepalen van de hoogte van pancreassappen in het drainvocht duidelijkheid kan verschaffen in het aantal en welke patiënten met een necrotiserende alvleesklierontsteking een duct disruptie ontwikkelt. Ook zal er gekeken worden naar de uitkomsten van patiënten die een duct disruptie hebben. Voorbeelden hiervan zijn de duur van opname, het aantal heropnames en het aantal (invasieve) interventies die de patiënt moet ondergaan.
Deze studie is opgezet door het St. Antonius ziekenhuis en wordt uitgevoerd door artsen in verschillende ziekenhuizen. Uiteindelijk zullen er naar verwachting 98 patiënten participeren.